Een goede hygiëne is hét preventiemiddel tegen besmetting met infectieziekten. Door goed schoon te maken en een goede persoonlijke hygiëne bescherm je zowel jezelf als anderen.
Veel mensen verwarren zichtbaar schoon met hygiënisch schoon. Gewoon schoon wil alleen zeggen dat er geen sprake is van zichtbaar vuil. In huizen, bedrijven en openbare ruimten is ook vuil aanwezig dat met het blote oog nauwelijks waarneembaar is. Daarbij kun je denken aan virussen en bacteriën die gevaarlijk voor de gezondheid kunnen zijn.
Virussen en bacteriën
Infectieziekten worden veroorzaakt door blootstelling aan virussen en ziekteverwekkende bacteriën. Het grote verschil tussen deze twee is dat een bacterie een levend eencellig micro-organisme is. De cel kan zich delen en zich zo razendsnel vermenigvuldigen. Een virus is geen organisme. Het heeft geen eigen cellen en is afhankelijk van de gastheer. Een virus komt het lichaam binnen via bloed of speeksel en nestelt zich in een bestaande lichaamscel. Eenmaal genesteld in die cel neemt het virus de cel over om zich, net als een bacterie, te vermenigvuldigen.
Optimale hygiëne
De enige manier om die virussen en bacteriën te bestrijden, is een doelgerichte hygiëne. Hans Razenberg, directeur van branchevereniging NVZ – Schoon|Hygiënisch|Duurzaam, is specialist op het gebied van hygiënemaatregelen. Hij omschrijft doelgerichte hygiëne als het nemen van de juiste maatregelen op de juiste plekken en de juiste momenten om jezelf en anderen te beschermen tegen infecties.
Besmettingen voorkomen
Het gaat daarbij niet om gewoon goed poetsen, maar om het volgen van een aantal hygiëneregels waarmee je besmettingen kunt voorkomen. Het uitgangspunt is dat alles wat je aanraakt, of dat nu een mens, dier of oppervlak is, een besmettingsbron kan zijn. “Er zijn negen belangrijke sleutelmomenten als het gaat om een goede hygiëne”, stelt Razenberg. “Als je die kent en de juiste maatregelen neemt, kun je besmettingen voorkomen.”
Jezelf en anderen beschermen
Wanneer je schoonmaakt, is het belangrijk om de oppervlakten met de juiste producten te reinigen. Thuis is de situatie overzichtelijk. Denk aan het reinigen van het toilet, plekken die jijzelf en anderen vaak aanraken en producten die je gebruikt bij de bereiding van voedsel. Op het werk kun je daar bijvoorbeeld het koffiezetapparaat aan toevoegen en andere apparatuur die door meer mensen wordt gebruikt zoals het toetsenbord en de muis van je computer. “Je kunt voor iedere situatie bedenken wat een besmettingsbron kan zijn en daarnaar handelen.”
Was je handen
Het advies van de minister-president ‘was je handen’ is en blijft de belangrijkste maatregel. Je weet immers niet altijd of een omgeving hygiënisch schoon is. “Door je handen goed te wassen, bescherm je jezelf én anderen. Dat is iets dat je altijd zelf in de hand hebt.”
Negen belangrijke sleutelmomenten van hygiëne:
1. Voedselbereiding
2. Eten met vingers
3. Gebruik van het toilet
4. Hoesten, niezen, neussnuiten
5. Aanraken van oppervlakken die vaak door anderen aangeraakt worden
6. Omgaan met vuil wasgoed
7. Verzorgen en of aanraken van huisdieren
8. Omgaan met vuilnis
9. Zorgen voor een zieke huisgenoot